Bekkenoefentherapeut

Naast de algemene eisen die voor oefentherapeuten gelden, heeft de VvOCM eisen vastgesteld voor een aantal specialisaties.De specialisatie bekkenoefentherapeut (BOT) is er een van.

Werkervaring

De bekkenoefentherapeut moet minimaal 480 uur aantoonbaar hebben gewerkt als bekkenoefentherapeut. Dit kan bij de herregistratie worden aangetoond aan de hand van een kwaliteitsjaarverslag en overzichten uit de administratie waarmee inzichtelijk wordt hoe vaak de bij deze specialisatie behorende bedoelde codes zijn gedeclareerd.

Psychosomatisch oefentherapeut

Naast de algemene eisen die voor oefentherapeuten gelden, heeft de VvOCM eisen vastgesteld voor een aantal specialisaties. De specialisatie psychosomatisch oefentherapeut (PSOT) is er een van.

Werkervaring

Een geregistreerd psychosomatisch oefentherapeut moet minimaal 800 uur aantoonbaar hebben gewerkt als psychosomatische oefentherapeut. Dit kan bij de herregistratie worden aangetoond aan de hand van een kwaliteitsjaarverslag en overzichten uit de administratie waarmee inzichtelijk wordt hoe vaak de bij deze specialisatie behorende bedoelde codes zijn gedeclareerd.

Kinderoefentherapeut

Naast de algemene eisen die voor oefentherapeuten gelden, heeft de VvOCM eisen vastgesteld voor een aantal specialisaties. De specialisatie kinderoefentherapeut (KOT) is er een van.

Een geregistreerd kinderoefentherapeut moet aantoonbaar beschikken over een bachelordiploma (BSc) afgegeven door de Hogeschool Utrecht of de Hogeschool van Amsterdam. Of een certificaat bachelor-niveau afgegeven door de VvOCM.

VOORBEELDEN: Deelname beroepsgerelateerde commissie beroepsvereniging (intern of extern)

Deelname aan specifiek deskundige netwerken

Een oefentherapeut zit in het bestuur van het platform bekkenoefentherapie. Dit bestuur werkt o.a. aan het vergroten van de kwaliteit van zorg, maar ook aan het verbeteren van de naamsbekendheid van de bekkenoefentherapeut. Dit platform komt circa 6 keer per jaar bij elkaar. Hiermee kan de deelnemer 6 x 2 = 12 punten per jaar ontvangen. De VvOCM reikt hiervoor een certificaat uit. Dit certificaat voeg je toe aan je portfolio.

VOORBEELDEN: Professioneel publiceren

Artikel nationaal

Vier oefentherapeuten schrijven een artikel dat wordt geplaatst in het Nederlands Tijdschrift voor Oefentherapie. In totaal zijn er 7 punten te verdelen voor het schrijven van dit artikel. Omdat er vier auteurs zijn, worden de punten naar rato verdeeld. Iedere oefentherapeut voegt het artikel toe aan het digitaal portfolio en krijgt 2 punten.

VOORBEELDEN: Participatie binnen een wetenschappelijk fundamenteel of toegepast onderzoek

Aanleveren patiënten data

Een oefentherapeut doet mee aan de Landelijke Database Oefentherapie. De oefentherapeut levert data aan volgens het protocol. Met het aanleveren van data kan de oefentherapeut 10 punten opvoeren. Voor toekenning van deze punten dient de oefentherapeut te voldoen aan de voorwaarden voor puntentoekenning.

VOORBEELDEN: Ontwikkeling zorginhoud en organisatie

Ontwikkeling richtlijn

Een oefentherapeut wordt door de VvOCM gevraagd deel te nemen aan de ontwikkeling van de landelijke richtlijn Artose heup-knie. Deze wordt in samenwerking tussen de VvOCM en het KNGF opgesteld. De richtlijn geldt voor de gehele beroepsgroep. De oefentherapeut heeft actief deelgenomen aan alle vergaderingen. Deelname aan de ontwikkeling van deze richtlijn levert maximaal 20 punten op.

VOORBEELDEN: Meten van behandelresultaten en klantervaringen

Meten van klantervaringen

Een oefentherapeut zet de PREM uit waarmee hij de patiëntervaringen in zijn praktijk meet. De oefentherapeut verzamelt de resultaten, stelt verbeterpunten op en legt het hele proces vast in een verslag. De oefentherapeut krijgt hiervoor ieder jaar dat hij het gehele proces doorloopt (inclusief het opstellen van het verslag) 10 punten.